verse zeekomkommer
vandaag de dag


ouwe zeekomkommer
October, 2014
September, 2013
September, 2012
August, 2012
July, 2012
September, 2010
March, 2010
December, 2009
November, 2009
October, 2009
September, 2009
August, 2009
July, 2009
May, 2009
April, 2009
February, 2009
January, 2009
December, 2008
November, 2008
October, 2008
September, 2008
August, 2008
July, 2008
June, 2008
May, 2008
April, 2008
March, 2008
February, 2008
January, 2008
December, 2007
November, 2007
October, 2007
September, 2007
August, 2007
July, 2007
June, 2007
May, 2007
April, 2007
March, 2007
February, 2007
January, 2007
December, 2006
November, 2006
October, 2006
September, 2006
August, 2006
July, 2006
June, 2006
May, 2006
April, 2006
March, 2006
February, 2006
January, 2006


stokouwe zeekomkommer
February, 2006
January, 2006
December, 2005
November, 2005
October, 2005
September, 2005
August, 2005
July, 2005
June, 2005
May, 2005
April, 2005
March, 2005
February, 2005
January, 2005
December, 2004
November, 2004
October, 2004
September, 2004
August, 2004
July, 2004
June, 2004
May, 2004
April, 2004
March, 2004
February, 2004
January, 2004
 

image

Een sterfdag is een vreemd ding.
Alsof iemand op die ene dag een beetje meer dood is dan op andere dagen.
Wat niet zo is.
In tegendeel.

De beeltenis van mijn zoon lost zich langzaam op.
Zijn stem sterft weg.
Gebaren.
Oogopslag.
Er is niets dat ik kan vasthouden.
Maar hij is wel onverminderd dood gebleven.
Elke dag opnieuw.
Onbeweeglijk.
Koud.
Bevroren.
Weg.

Vandaag ging ik naar de supermarkt waar ik door de politie gebeld werd.
Ik ging kijken hoe groot de afstand inmiddels was.
Van de paniek en de ellende van dat eerste moment tot nu.
Zes jaar na zijn fatale sprong van de Euromast.
Ik kocht hondenbrokken voor Mees.
En bloemen voor mij.
Ik liep de zelfde gang naar buiten.

Misschien ging ik kijken of ik het deel van mij kon vinden dat daar in die gang was achtergebleven.
Ik vond het niet.


| Anneke | 23-09-2012 | 7 reacties |




image

Gisteren was ik op de Floriade voor mijn werk.
Ik was er nog nooit geweest en zou er voor mezelf ook niet snel naar toe gaan. Het is toch zoiets als een reclamefilmpje waarin je zelf mee mag spelen. (Tegen betaling ook nog.)
Toch was het wel aardig.
Er waren een paar mooie paviljoens.
Veel mooi groen.
Een fruitgaard waar je mocht plukken.
De presentatietechnieken waren erg aantrekkelijk. Want daar gingen wij van het OorlogsVerzetsMuseum Rotterdam naar kijken. Hoe je anno nu je informatie aan de man kunt brengen.
(Gesteld even dan dat je als museum aan paar miljoen op de bank hebt, maar daar ging het nu even niet over.)

Een moderne variant van de marktkoopman, die geen groenten verkocht maar kiemen met de smaak van groenten, maakte veel indruk op mij.
Gladde jongens, die ook echt wel met iets creatiefs komen, daar heb ik een soort ontzag voor.
Niet om het geld dat ze doorgaans maken.
Wel om de uiterst brutale flair waarmee ze dat doen.
Ik bewonder ze niet, ik bezie ze meer zoals ik bij het snorkelen een waterplant bekijk.
Een vreemd fenomeen.
Iets uit een wereld waar ik zelf niet zou kunnen overleven.

Daar stond hij in z’n korte broek met spruitjesdas en tropenhelm. Dag in dag uit hetzelfde praatje te verkopen. En altijd enthousiast.
Uit een bakje met kiemen gaf hij ons een friemeltje van een of ander. Hij vroeg ons de ogen te sluiten en het friemeltje in onze mond te steken.
We waren nu in een herfstig bos beland.
Het rook naar natte grond en paddestoelen.
We ademden diep de heerlijke herfstige geur in.
We bukten ons om een nootje te pakken van de schil te ontdoen en in onze mond te steken.
En verdomd. Daar stonden we tegen elkaar verbaasd te knikken. Verdomd, het smaakte echt herfstig.
We waren allemaal enthousiast en allemaal gretig naar de volgende smaakbeleving.

Dat bedoel ik.
Dat zo’n slungel je daar staat te bespelen als een rattenvanger van Hamelen.
En hij weet het.
De gladjanus.
Natuurlijk, de ontwikkeling van zoiets dat kost wat.
Die kiemen smaken niet vanzelf naar beukenootjes natuurlijk.
Daar is heel wat aan gemanipuleerd.
Maar de productiekosten liggen laag.
Hoeveel van die kleine bakjes kiemen kan je wel niet kweken in een gemiddelde kas?
En voor hoeveel geld kan je ze niet slijten aan verwende westerlingen die gevoelig zijn voor trendy dingen en termen als smaakbeleving?

Later toen we ergens koffie zaten te drinken zagen we hem buiten lopen in zijn overhemd en korte broek.
Huiverend.
Alleen.
Een sigaret rokend.
Niet iemand van wie je voor 8,50 een doosje sterrekers koopt.


| Anneke | 01-09-2012 | 5 reacties |