image

Gisteren was ik op de Floriade voor mijn werk.
Ik was er nog nooit geweest en zou er voor mezelf ook niet snel naar toe gaan. Het is toch zoiets als een reclamefilmpje waarin je zelf mee mag spelen. (Tegen betaling ook nog.)
Toch was het wel aardig.
Er waren een paar mooie paviljoens.
Veel mooi groen.
Een fruitgaard waar je mocht plukken.
De presentatietechnieken waren erg aantrekkelijk. Want daar gingen wij van het OorlogsVerzetsMuseum Rotterdam naar kijken. Hoe je anno nu je informatie aan de man kunt brengen.
(Gesteld even dan dat je als museum aan paar miljoen op de bank hebt, maar daar ging het nu even niet over.)

Een moderne variant van de marktkoopman, die geen groenten verkocht maar kiemen met de smaak van groenten, maakte veel indruk op mij.
Gladde jongens, die ook echt wel met iets creatiefs komen, daar heb ik een soort ontzag voor.
Niet om het geld dat ze doorgaans maken.
Wel om de uiterst brutale flair waarmee ze dat doen.
Ik bewonder ze niet, ik bezie ze meer zoals ik bij het snorkelen een waterplant bekijk.
Een vreemd fenomeen.
Iets uit een wereld waar ik zelf niet zou kunnen overleven.

Daar stond hij in z’n korte broek met spruitjesdas en tropenhelm. Dag in dag uit hetzelfde praatje te verkopen. En altijd enthousiast.
Uit een bakje met kiemen gaf hij ons een friemeltje van een of ander. Hij vroeg ons de ogen te sluiten en het friemeltje in onze mond te steken.
We waren nu in een herfstig bos beland.
Het rook naar natte grond en paddestoelen.
We ademden diep de heerlijke herfstige geur in.
We bukten ons om een nootje te pakken van de schil te ontdoen en in onze mond te steken.
En verdomd. Daar stonden we tegen elkaar verbaasd te knikken. Verdomd, het smaakte echt herfstig.
We waren allemaal enthousiast en allemaal gretig naar de volgende smaakbeleving.

Dat bedoel ik.
Dat zo’n slungel je daar staat te bespelen als een rattenvanger van Hamelen.
En hij weet het.
De gladjanus.
Natuurlijk, de ontwikkeling van zoiets dat kost wat.
Die kiemen smaken niet vanzelf naar beukenootjes natuurlijk.
Daar is heel wat aan gemanipuleerd.
Maar de productiekosten liggen laag.
Hoeveel van die kleine bakjes kiemen kan je wel niet kweken in een gemiddelde kas?
En voor hoeveel geld kan je ze niet slijten aan verwende westerlingen die gevoelig zijn voor trendy dingen en termen als smaakbeleving?

Later toen we ergens koffie zaten te drinken zagen we hem buiten lopen in zijn overhemd en korte broek.
Huiverend.
Alleen.
Een sigaret rokend.
Niet iemand van wie je voor 8,50 een doosje sterrekers koopt.


| Anneke | 01-09-2012 |


ai ai, hij verstoord zijn eigen smaakpapillen met een stinkend stokje.

Maar je hebt het wel schitterend beschreven, want zelfs ik wil nu een friemeltje in de mond steken. Dat moet dan smaken naar aardbei en zomer…. dat trekt me meer.

Reactie van: Grietje



ohohooh wat sla je de spijkers weer prachtigmooi op hun kopjes ;)

Reactie van: Marion



ja mmmm dat proeven, héél mindfull!

Reactie van: wil



Als jij dan voor die trendy makers stukjes schrijft voor in de glossy’s, loopt het als een trein….

Reactie van: Trudie



Dat dacht ik eerlijk gezegd ook.Het is weer super geschreven.Fijn, een zus met zulk schrijftalent!

Reactie van: Gonnie



Commenting is not available in this weblog entry.


.(JavaScript must be enabled to view this email address)