Ik heb een handjevol oud geld in een buideltje. Dat buideltje heeft ma
gehaakt en samen met het geld is het een klein eiland van herinneringen.
Later als ik kleinkinderen heb (over een jaar of 20 op z'n vroegst!) haal
ik het te voorschijn. Kijk, zeg ik dan, en dit zijn nou dubbeltjes. O,
leuk hoor oma, zullen ze dan toegeeflijk zeggen. Voor ze verder gaan met
hun spel.
Dan zal ik denken aan het vierkante stuivertje dat ma mij liet zien. En
hoe ik niet snapte wat daar nou zo bijzonder aan was. Maar nu weet ik
het.
Het is de glans van het oude geld. Het oude geld waar je mee opgegroeid
bent. De stuivers waar je tussen de middag snoep voor kon kopen. De centen
die je in moest leggen bij het jokeren. En de duppies! Zo mooi en fijntjes.
Och, die hadden ze toch nooit weg moeten doen!
*schudt spijtig het vermoeide hoofd*
(klik)